De C.III was een onbewapende tweezitter met dubbele besturing, gebaseerd op de C.I maar zonder mitrailleuropstelling in de achterste cockpit.
Hij werd gebruikt als verkenner en als overgangs-lesvliegtuig.
In 1922 werd de C.III aan Spanje geleverd en in 1923 aan Sovjet-Rusland. Spanje en Rusland lijken de enige klanten te zijn geweest. Net als de C.I kon de C.III worden uitgerust met motoren naar keuze. De Spaanse C.III’s kregen een 220-pk Hispano-Suiza, de Russische een 160-pk Mercedes.
De C.III werd in Rusland aangeduid als FC.III. Twaalf werden in 1923 aangeschaft door ГУВУЗ РККА, de opleidingsafdeling van de Rode Luchtvloot. Het laatste luchtwaardige exemplaar (c/n 117) van dit dozijn werd in 1931 overgenomen door Osoaviachim en ontving een civiele registratie (eerst CCCP-368, daarna CCCP-C53). Aan het einde van dat jaar werd het vliegtuig afgeschreven.
Bronnen:
Lennart Andersson (1994): Soviet Aircraft and Aviation 1917-1941
Lennart Andersson (2009): Aeroflot Origins, Red Stars Vol.6
Gennady F. Petrov (2014) : Поколение Чкалова (De Tsjkalov-generatie) 1920-1930
Andrej Averin (2021): e-mail correspondentie
Met dit type eindigt de serie verkenners, afgeleid van de C.I.
Dit is een Spaanse C.III. Op deze foto met zowel de militaire roundel in de kleuren rood-geel-rood, als een burgerregistratie M-MOAB.
Alleen dit prototype droeg ook tijdelijk die civiele registratie.
Een replica is te zien in het Museo Aeronáutica y Astronáutica in Madrid.
In het midden staat een Russische C.III. Links een reeks Fokker D.VII’s, rechts een Nieuport. Deze foto werd in 1923 gemaakt op het vliegveld Gatsjina ten zuiden van Petrograd.
Piloot A. Kozjevnikov poseert voor zijn C.III.
Het oorspronkelijke bijschrift vertelt: Een tweezits Fokker tijdens een vliegfeest in 1923.
Gatsjina 1923
De C.III was grotendeels gelijk aan de C.I.
De verschillen zaten in de motor en het ontbreken van een geschutsopstelling in de achterste cockpit.
Dit is één van de 12 toestellen die Rusland in 1923 verwierf.
Een zeldzame opname van de enige FC.III (c/n 117) die na zijn militaire loopbaan verder vloog met een civiele (Russische) registratie.
Eerst CCCP-368, later opnieuw geregistreerd als CCCP-C53.
Augustus 1931.
De laatste der Mohicanen: FC.III CCCP-C53 van Mososoaviachim, de Moskouse afdeling van Osoaviachim. De motor lijkt te zijn verwijderd.
Op de romp staat geschreven: ВСЕКОХУДОЖНИК = Vsekochoedozjnik = kunstenaarscollectief*.
Achter de FC.III staat een Polikarpov U-2 met registratie CCCP-C132, en daarachter een Junkers F-13.
* zie volgende afbeelding.
Het embleem van ВСЕКОХУДОЖНИК = vereniging van kunstenaars.
Zie vorige foto.
De twaalf C.III's werden als lesvliegtuig toegewezen aan de 1ste Hogere School van Militaire Piloten in Moskou. Op de romp staat ШК 1 geschreven, kort voor ШКОЛА 1 wat SCHOOL nr.1 betekent. Deze C.III heeft een rode ster op de staart.
Heeft u aanvullingen of opmerkingen over deze pagina?
Ga naar het contactformulier en stuur het ons op.
Alles is welkom! Foto's en teksten zullen we met bronvermelding plaatsen.