De E-III was de belangrijkste versie van de Eindeckers. De eerste exemplaren kwamen in augustus 1915 bij het westfront aan.
Deze versie had een 100 pk 9-cilinder Oberursel U I rotatiemotor en werd onder andere gevlogen door legendarische oorlogsvliegers zoals Oswald Boelcke, Max Immelmann, Ernst von Althaus, Hans-Joachim Buddecke, Otto Parschau en Kurt Wintgens.
De E-III haalde een snelheid van 140 Km/u, geen van de “E” types had rolroeren in de vleugels, een bocht kon worden gemaakt door het scheluw trekken van de vleugels, in combinatie met het richtingsroer.
Klik op de foto om de foto te vergroten
E-III met registratie 03.43 voor het Oostenrijks-Hongaarse leger.
E-III met registratie 03.47 voor het Oostenrijks-Hongaarse leger.
E-III met registratie 96-15 in Turkije.
E-III wrak 116-15 tegen de muur van de Fokkerfabriek in Schwerin.
De E-III 196-16 in Frankrijk, veroverd op de Duitsers.
Het is niet duidelijk wat de Fransen hier met de veroverde 196-16 willen.
De 196-16 wordt hier verder door de Fransen onderzocht.
De cockpit van de E-III 196-16.
E-III met registratie 401-15.
E-III met registratie 635-15.
De 636-15 gezien vanaf de achterzijde.
De E-III met registratie A 6 van de Oostenrijkse Marine.
Tientallen E-III’s voor de Fokker fabriek in Schwerin in verband met een (tijdelijk) tekort aan motoren.
Vooraanzicht van de E-III.
Een klassieke statische test op een E-III door middel van zandzakken op de vleugel.
Crash van een E-III op Russische bodem.
Een E-III veroverd in Frankrijk met tientallen Franse Militairen er om heen.
Een drietal E-III’s gereed voor actie.
Onfortuinlijke landing van deze E-III in de sneeuw.
Anthony Fokker met strak kapsel voor een E-III.
Kale E-III romp met de twee brandstoftanks duidelijk zichtbaar.
Links achter de stuurkolom de handpomp, waar tijdens de vlucht brandstof van de achterste tank moest worden overgepompt naar de tank vlak voor de motor.
E-III in de beschildering van het Turkse leger.
De Fransen geven deze veroverde E-III zelfs een eigen registratie: F 327.
Drie E-III’s van de Duitse Marine.
E-III met wn 389 en registratie 408-15.
E-III met wn 402 en registratie 420-15.
E-III productie in Schwerin, wn 401 linksvoor, daarachter wn 412, rechts voor de 429-15.
Ongelukkige neusstand van deze E-III van de Duitse marine, wn 480, registratie LF-196.
E-III met wn 509 en registratie 210-16, nog met de Duitse beschildering.
E-III met Duitse registratie 210-16, maar met Engelse roundels, omdat de Engelsen deze E-III hebben buitgemaakt op de Duitsers.
De enige overgebleven E-III wn 509 registratie 210-16 hier in het Science Museum in Londen, waar het al jaren op de bovenste verdieping van het Museum aan het plafond hangt.
Dit bleef er over van Max Immelmann ’s E-III 246-16 met wn 545 na een gevecht boven Noord-Frankrijk op 18-06-1916.
Max Immelmann werd gedood door een F.E.2b verkenner, bestuurd door Luitenant Savage, van het 25e Squadron van het Royal Flying Corps.
Overblijfselen van de E-III met wn 511 en registratie 212-16.
Voor zover bekend paste Fokker als eerste Stealth techniek toe in de luchtvaart.
Deze E-III met wn 639 en registratie 396-16 werd in 1916 bekleed met transparant Cellon in plaats van linnen.
Daardoor viel het tijdens een vlucht minder op vanaf de grond.
De E-III wn 639 met de met Cellon beklede romp in de Fokker fabriek in Schwerin.
Heeft u aanvullingen of opmerkingen over deze pagina?
Ga naar het contactformulier en stuur het ons op.
Alles is welkom! Foto's en teksten zullen we met bronvermelding plaatsen.